Den Haag sluit meldpunt voor straatintimidatie na invoering strafbaarstelling

Den Haag sluit meldpunt voor straatintimidatie

Na twee jaar heeft Den Haag besloten om het meldpunt voor straatintimidatie te sluiten. Dit besluit volgt op de strafbaarstelling van straatintimidatie afgelopen zomer, waardoor slachtoffers nu beter terecht kunnen bij de politie of andere meldpunten.

Achtergrond

Voorheen werden meldingen alleen binnen de gemeente genoteerd, zonder aangifte te doen, omdat de politie destijds niet kon handhaven op straatintimidatie. In juli 2024 bracht de nieuwe Wet seksuele misdrijven verandering, waardoor slachtoffers nu aangifte kunnen doen bij de politie.

Kritiek van het college

Hoewel de nieuwe wet straatintimidatie strafbaar maakte, erkent het Haagse college van burgemeester en wethouders dat dit het onderliggende probleem niet volledig oplost. Volgens hen is straatintimidatie een moeilijk te bewijzen misdrijf.

Effectiviteit van het meldpunt

Het afgelopen jaar ontving het meldpunt 51 meldingen, met een piek in de zomermaanden. De gemeente kon echter weinig met dit aantal, aangezien er onvoldoende informatie was om trends en 'hotspots' van straatintimidatie te identificeren.

Alternatieven en sluiting

Met alternatieven zoals aangifte bij de politie en specifieke meldpunten voor discriminatie, acht het college het eigen meldpunt overbodig. Daarom sluit het meldpunt in januari 2025 en worden melders doorverwezen naar andere instanties.

Focus op preventie

Het college benadrukt dat preventieve maatregelen effectiever zijn dan de focus op meldingen. Daarom zal de gemeente zich meer inzetten op preventieve maatregelen en bewustwordingscampagnes, zoals de inzet van veiligheidsstewards en jaarlijkse campagnes tegen straatintimidatie.