Stichting Slachtofferhulp biedt ongeveer negentig mensen nazorg vanwege de explosie op de Tarwekamp in Den Haag van vorige week. Deze slachtoffers krijgen persoonlijke begeleiding om te helpen bij het verwerken van de gebeurtenissen.
De negentig personen die persoonlijke begeleiding krijgen, zijn op verschillende manieren bij het incident betrokken. Dit omvat nabestaanden van de dodelijke slachtoffers, bewoners van het getroffen gebouw aan de Tarwekamp en anderen die indirect zijn geraakt door de explosie.
Een woordvoerder van de organisatie legt uit dat ongeveer vijftig personen direct betrokken zijn en intensieve ondersteuning krijgen. De overige veertig, die iets verder van het incident afstaan, worden ook een-op-een geholpen bij het omgaan met gevolgen van het trauma.
Slachtofferhulp richt zich voornamelijk op het helpen omgaan met angstklachten en stressreacties. De organisatie benadrukt dat dit normale reacties zijn na een schokkende gebeurtenis, en geeft handvatten om hiermee om te gaan.
Terwijl Slachtofferhulp blijft monitoren hoe de stressklachten evolueren, biedt zij langdurige ondersteuning aan direct betrokkenen. Zij worden tot ongeveer een half jaar na de explosie begeleid, met speciale aandacht voor mogelijke rechtszaken indien nodig.
Slachtofferhulp blijft beschikbaar voor nieuwe meldingen van slachtoffers die behoefte hebben aan nazorg, en benadrukt dat het belangrijk is om hulp te zoeken als de klachten toenemen.